Een man die voor de voordeur van zijn huurhuis staat, kijkt beteuterd naar de doos met boodschappen in zijn hand: kaas, een pak melk, een banaan en eieren voor een fors bedrag. Binnen zit een vrouw die zichzelf dik heeft ingepakt; ze warmt haar handen aan een kaars, verder is het donker in huis. Het huis zelf is verouderd: er zitten scheuren in de bakstenen muren en er liggen dakpannen los. Op het dak van het huis zit een man in een net pak zijn geld te tellen, dat hij daarna in zijn borstzak steekt.
In een tijd dat het leven aan alle kanten langzamerhand onbetaalbaar wordt, komen steeds meer mensen in de knel. Energierekeningen zijn de pan uitgerezen, met een prijsplafond waar in veel gevallen niet onder te blijven is. Waar men voorheen een volle boodschappentas voor dertig euro kon halen, is de tas voor hetzelfde bedrag tegenwoordig nog maar voor de helft gevuld. Er zijn altijd mogelijkheden om je manier van leven aan te passen, of te investeren in verduurzaming, maar dat is jammer genoeg niet voor iedereen weggelegd.
Er zijn helaas mensen en instanties die beter worden in een tijd dat steeds meer mensen onderuit gaan. De man op het dak zou meerdere personen kunnen voorstellen. In deze tekening verwijst hij naar een particuliere huisbaas die zijn panden al jarenlang niet heeft onderhouden en wel de hoofdprijs vraagt. De realiteit, met de krappe woningmarkt, is dat je nergens anders heen kunt. Investeringen in het verduurzamen van huurhuizen blijven echter achter, net als de wetgeving die dit zou moeten verplichten en versnellen. Dus woon je in een huis dat piept en kiert, wat niet warm te krijgen is, terwijl er over jouw rug flinke flappen worden verdiend. In tijden als deze voelt het leven soms bar oneerlijk aan.